Noord Brabants Museum
In de loop der eeuwen hebben kunstenaars talloze zelfportretten gemaakt. Weinig schilders of fotografen hebben de verleiding kunnen weerstaan zichzelf te vereeuwigen.In de zelfportretten die in de twintigste eeuw zijn gemaakt (en tot op de dag van vandaag gemaakt worden), presenteren de kunstenaars zichzelf als model en ze confronteren ons met hun kunstenaarschap. Dikwijls bevatten deze zelfportretten een diepere betekenis, die in eerste aanleg alleen door de kunstenaar zelf begrepen wordt. Het portret is daarbij meer dan alleen een gezicht en dit thema vormt de rode draad in deze tentoonstelling.
Er worden een drietal invalshoeken aangehouden. Bij de eerste presenteert de kunstenaar zichzelf met attributen van zijn ambacht. De schilder houdt het penseel en palet vast of portretteert zichzelf in zijn atelier. Bij de tweede ziet men dat het zelfportret een zeer persoonlijk commentaar kan zijn. De kunstenaar vervormt zijn eigen gezicht of geeft het een niet-realistische kleur als commentaar op zijn eigen zelf. Bij de derde benadering staat de kunstenaar model maar niet als zelfportret. Hij gebruikt zichzelf als hoofdpersoon, zonder dat er op het eerste gezicht direct sprake is van een diepere betekenis maar wel een vervreemdend effect wordt gecreƫerd.
De tentoonstelling omvat een 50-tal uiteenlopende kunstwerken van onder andere Lucebert, Otto van Rees, Philip Akkerman, Teun Hocks, Rini Hurkmans, Wouter van Riessen, Carel Willink, Ger van Elk, Dick Ket, Lucebert, Kees Verwey, Levi van Veluw, Rineke Dijkstra en vele anderen
Met eigen ogen Zelfportretten in de Nederlandse moderne kunst
23 mei t/m 6 september 2009